We werken toch zo graag met persoonlijke berichten in onze e-mailmarketing. We zetten de naam van het contact in onze aanhef en we creëren een gemoedelijke sfeer. En daarmee gaan we scoren en de conversie tot ongekende hoogtes brengen.
Toch mogen we niet zo maar van ons grote gelijk uitgaan. We kruipen voor de gein eens in de huid van een contact dat dagelijks meer dan één gerichte e-mail in de in-box krijgt. En we volgen zijn zwart-witte – gevoelige lezers zijn gewaarschuwd – gedachten bij het lezen van e-mail nummer zoveel…
Ik ben geen schietschijf. Ik ben een persoon, een echte mens. Spreek met mij, vermarkt me niet!
Leur niet met mijn naam – spel hem tenminste correct – en doe niet alsof we vrienden zijn. Ik heb je nog nooit ontmoet…
Die superlatieven mag je achterwege laten. Ik geloof het toch niet. Vertel gewoon eerlijk waar je naar toe wil…
Ik koop niet van onpersoonlijke firma’s. Ik hou van één op één contacten met echte personen. Maar dat gevoel, neen, dat krijg ik nu echt niet…
Laat het stoer doen maar achterwege. Ik word er misselijk van. Je zult misschien een goede oplossing hebben, maar ik ben niet zo naïef te denken dat je de enige bent…
Waarom spreek je nu een andere taal, dan wat je in een gewoon gesprek zou gebruiken? Ik wil niet betutteld worden…
Als je me nu wil vertellen dat je informatie correct is, wat is dan de bron of de rechtvaardiging?
Ik weet ook dat je me iets wil verkopen… maar mijn vertrouwen is niet te koop. Dat moet je verdienen!
Je moet niet proberen me te verblinden. Daarmee overtuig je me niet. Vertel ook wat je NIET kunt, dan zal ik misschien ook geloven wat je WEL kan…
Mocht je het nog niet begrepen hebben, ik vertrouw je niet. Je tekst druipt van zelfbelang en opgeblazen pocherij. Als je dan toch mijn koopgedrag wil beïnvloeden, misschien moet je dan eerst je marketingtaal beïnvloeden…
De tips voor een goede e-mailcopy zitten in het voorgaande verborgen. Veel zoekgenot!