Digitale adressen, die vang je op een digitale wijze. Je website is één van de vele kanalen die je inzet om je e-marketinglijst te laten groeien.
En dit kanaal wordt steeds belangrijker. Onderstaande grafiek plukten we uit een onderzoek van ‘Experian Marketing Services’. Het geeft een inzicht over de gebruikte kanalen en hun evolutie. Opmerkelijke vaststelling is het feit dat elk kanaal gegroeid is. Wat aantoont dat de bedrijfswebsite niet alleen nog steeds populair is, maar ook groeit in belangrijkheid.
Popup groeit
Nog een verbazende vaststelling. Je zou in eerste instantie verwachten dat de ‘popup window’ die over je schermt schuift de meest populaire methode is om een inschrijving van een e-mail adres te initiëren. Hoewel in belangrijkheid verdubbeld van 2012 naar 2013, moet het met 45% toch behoorlijk wat andere plekken achterlaten.
Ruilhandel?
Het belangrijkste moment is en blijft de ‘check-out’ bij een webstek. Dat kan bij gelegenheid van een aankoop, waarbij de relevantie natuurlijk groot is, maar ook wanneer je bezoekers iets anders willen ‘krijgen’. Dat kan variëren van het downloaden van een whitepaper of één of andere ‘goodie’. Een muziekbestand of een spelletje, dat is toch zeker een e-mailadres waard?
Klassieke inschrijfmodule
Een inschrijfmodule in de website zelf blijft de tweede grootste methode. Wat ook logisch is. Het bevat de content waar de ogen van de lezer op gericht is. Dus ook dat verzoek tot inschrijven komt vanzelf onder de ogen van de lezer. Kort daarop volgt een specifieke pagina voor het binnentrekken van de e-mailadressen. Deze methode heeft als voordeel dat je het niet te compact moet houden.
Zelfs de footer?
Een formulier temidden de content is meestal niet groter dan een veld voor het e-mailadres en eventueel een naam. Met een aparte webpagina kan je natuurlijk wat meer vragen kwijt om het profiel van je nieuwe contact op te bouwen. Let ook op het redelijke grote gebruik van de footer als positie voor e-mailadressen te verzamelen. Dat is verbazend, want deze positie is ver uit het zicht. Dat er daar plaats is, is dan ook de foute reden.